Mijn aanbevelingenlijst

ICT heeft een grote invloed in onze samenleving. Het is daarom belangrijk dat het onderwijs genoeg ondersteuning biedt om met ICT te leren omgaan. Op deze pagina vindt u enkele aanbevelingen die volgens mijn persoonlijke mening kunnen bijdragen tot groeien bij het integreren van ICT in de lagere school. De aanbevelingen houden rekening met het vier in balans-model.

  

Het vier in balans-model zijn vier aspecten die in balans moeten zijn om ICT succesvol in het onderwijs te integreren.

 

Visie

Wat vindt u een kwalitatief goed onderwijs en welke doelen wilt u realiseren? Een visie omvat ook ambities en een dergelijke rolverdeling tussen leerling, leerkracht en ouders. Bovendien staan in de visie ook de randvoorwaarden die noodzakelijk zijn om dit te kunnen verwezenlijken.

Deskundigheid

De benodigde competenties van alle medewerkers: managers, leerkrachten en onderwijzend ondersteunend personeel, zodat ze bekwaam zijn om ICT in te zetten. Zowel professioneel voor hun eigen handelen en als de didactiek in de klas.

Digitaal leermateriaal

Het omvat alle digitale informatie die u gebruikt.
De digibordsoftware, de educatieve software voor leerlingen, applicaties, de elektronische leeromgeving en het leerlingvolgsysteem.

ICT infrastructuur

De aanwezigheid en de kwaliteit van alle hardware en internetverbinding in de school. Denk aan voldoende digiborden, computers, tablets, camera's en wifi.

 

 

 

 

 

 

 

 

Huiswerk ICT

De leerlingen maken niet alleen kennis met ICT op school, maar ook thuis. Uit een ICT-enquête die in 2016 is afgenomen, blijkt dat 82% van de Belgische gezinnen over een computer beschikken. Een leuk alternatief om ICT te integreren in het dagelijkse leven van een kind is huiswerk rond ICT. Een leerling van de eerste graad krijgt om de twee weken een klein taakje dat ze via een tablet of computer kunnen uitvoeren. Het huiswerk kan van een opzoekwerk tot een e-mail versturen zijn. Bovendien is de kans groter dat de ouders betrokken zijn tot het huiswerk en zo hun kind kunnen begeleiden. 

Een gezin dat niet over een computer beschikt, kan gebruik maken van een computer in een bibliotheek. Als dat niet haalbaar is, kan het kind tijdens de speeltijd of middagpauze op de computer in de klas of in de computerklas zijn/haar huiswerk maken.

 

Tablets

In mijn stageschool zijn er twaalf computers aanwezig. Om meer leerlingen met ICT te laten bezig zijn, kan de school enkele tablets aankopen. De tablets geven ook de mogelijkheden om filmpjes te maken, etc. Om dit budgetair mogelijk te maken, kan de school een tabletkoffer aankopen. Deze kan dan ontleent worden aan het secretariaat. De verantwoordelijke voor de schoolplanning maakt een planning wanneer welke klas de tablets kunnen gebruiken. 

 

 

Project Robotica

Robotica is een project waarbij de school verschillende robots kan lenen voor een dag. De leerlingen maken kennis met technologische snufjes. Tijdens het project zijn er externe begeleiders die de kinderen wegwijs maken met de robots.

Er zijn verschillende robots verkrijgbaar. De ene robot kan enkele trucjes die bedienbaar is met een iPad. Zo kan de leerkracht samen met de leerlingen een dansje maken met behulp van de robot. De andere robot heeft dezelfde vorm als een balletje. Deze is ook bestuurbaar met een iPad.

 

 

 

 

Bee-bot

Bee-bot is een robot die heel toegankelijk is voor kinderen van vier tot twaalf jaar. De robot wordt steeds meer in basisscholen gebruikt. Het lijkt mij een interessante aankoop voor in mijn stageschool.

Kinderen kunnen de Bee-bot besturen met de zeven knoppen op zijn rug. Om van punt A naar punt B te komen moet hij van tevoren juiste commando's krijgen. Bijvoorbeeld: drie stappen vooruit, een stap naar links, een stap vooruit en een stap naar rechts. De robot kan tot 40 stappen onthouden.

De leerlingen worden uitgedaagd om vooruit te denken. Opdrachten met Bee-bot dragen bij aan oefeningen in logisch denken en probleemoplossende vaardigheden. De leerlingen plannen, testen, evalueren en wijzigen het programma indien nodig.

Er zijn diverse matten te verkrijgbaar waarop de Bee-bot kan bewegen. Voor taal- en leesopdrachten is er bijvoorbeeld de ABC-mat. Voor wiskunde de Nummermat en voor wereldoriëntatie de Europamat of de wereldkaart. Daarnaast kan het niveau worden aangepast aan de leeftijd.